Je stond vanmorgen op. Wat ging er door je heen om te besluiten wat je vandaag ging doen? Hoe heb je de uren beleefd voordat je in de tram stapte. Dacht je. Ik zal vandaag eens mensen neer schieten? Hoe harteloos kun je zijn om het recht te ontnemen van andere mensen . Het recht om te mogen leven en om te mogen  genieten van het leven. Ménsen die willen leven. Ménsen die  geliefd werden/worden door familie en vrienden. Tjee. Waarom heeft deze tragedie moeten gebeuren. Waarom? Mensen die nu vechten voor hun leven. Een situatie waar jij ze hebt in gebracht. Waarom? Waarom? Bah. Ik verafschuw jou daden.